In Pensioennavigator spelen lifecycles op verschillende manieren een rol. Er zijn generieke en variabele lifecycles, aanbieder-specifieke lifecycles en een uitgebreid lifecyclerapport.
In deze online training gaan we dieper in op al deze aspecten. We bespreken wat de generieke lifecycles zijn, hoe ze zijn ontwikkeld en waarvoor je ze kunt gebruiken. Ook komen variabele of doorbeleg-lifecycles aan bod. Daarnaast is er veel aandacht voor het lifecyclerapport.
Lifecycles verschillen op allerlei manieren van elkaar. De verhouding tussen aandelen en obligaties – ook wel zakelijke en vastrentende waarden – kan sterk variëren. Ook het zogeheten glijpad, de manier waarop deze verhouding verandert naarmate de pensioendatum dichterbij komt, verschilt per lifecycle. Verder spelen kenmerken van de obligaties, zoals looptijd en kredietrating, een belangrijke rol.
Door deze uiteenlopende factoren is het vergelijken van lifecycles niet eenvoudig. Met het lifecyclerapport biedt Pensioennavigator een krachtige tool om lifecycles op basis van diverse criteria met elkaar te vergelijken. Deze vergelijking gebeurt op basis van de geselecteerde regelingen en het daadwerkelijke deelnemersbestand, niet op basis van maatmensen. Hierdoor sluit de analyse volledig aan op de specifieke werkgever en situatie.
De vergelijking wordt uitgevoerd met behulp van scenario-analyse op basis van scenario’s van DNB. Als de tijd het toelaat, wordt bovendien kort toegelicht hoe deze scenario-analyse precies werkt.